Duivel.
Volgens Van Dale de personificatie van het kwaad.
Boze geest, aartsvijand van het menselijk geslacht.
Rood, bloed, de kleur van hun illustere verschijning.
Rode Duivels, vertegenwoordigers van ons volk.
Dwepend met de brabançonne en vaderlandsliefde.
Vermomd in frivool, herkenbare outfits. Het maatpak van spelende straatkinderen.
Gewiekste zakenlui.
De sport voorbij.
Volksverlakkerij.

Brabançonne

Geef mij maar Belgian Lions, Red Lions of Yellow Tigers, om er enkele te noemen. Predators van nature, niets of niemand ontziend. Sportieve onoverwinnelijkheid drijfveer in hun bestaan. Eeuwige roem de allerhoogste prijs.
Criticasters kunnen ook hen enige tamheid verwijten, in periodes van rust weliswaar, doch als bloed wordt vergoten, verlaten zij steeds vergenoegd de arena. Onaantastbaar.
Koning van de savanne.
Dat moet althans de insteek zijn.

In vervlogen tijden was ik er zelf ook wel eens één, een Belgian Lion, basketter van de natie. Dan weer wel, dan weer niet. Hopeloos op zoek naar de drug die brabançonne heet, onvervangbaar. Een trip die je hele lichaam doet rillen, machteloos en nederig maakt, tot je reinste zelve. Gevolgd door een overweldigende gloeiende golf van onmetelijke kracht en energie die je onoverwinnelijk waant. Zalig.

Ik ben nooit soldaat geweest, maar kan mij er sindsdien iets bij voorstellen.
Het zit in velen van ons, iedereen duivel. Kinderdromen.

Belgian export

In tijden van kapitalisme krijgt macht een andere dimensie echter. Dan worden verhoudingen en bijhorend ontzag al lang niet meer op het veld beslecht. Ten tijde van Dr Livingstone kon de scalp van een luipaard of een ivoren slagtand in de huiskamer nog als statussymbool dienen. Heden ten dage wordt oorlog op afstand gevoerd en bepaald geld de sterkte van het artificiële leger.
De wet van de sterkste neemt andere vormen aan.
In de voetballerij geldt dan weer de discutabele bureaucratische indeling van de wereldranglijst, de bijhorende waardebepaling en verkoopbaarheid van jouw nationaliteit, machtsvertoon van managers en oliemagnaten, hallucinante transferbedragen als maatstaf van competentie. Je kan als voetballer vandaag de dag maar beter Belg zijn en geen Nederlander, het is al eens anders geweest.

Verwijt ik onze jongens een gebrekkige wedstrijdmentaliteit?
Fatsoen kan niet aangeleerd worden in enkele lesjes. Nederigheid evenmin.

Sportpsychologen buigen al jaren hun hoofd over dergelijke verschijnselen. Hebben ze een oorsprong bij onze voorvaderen? Ligt de verklaring ergens in onze genetische aard?
We kunnen ons echter niet blijven wegsteken achter die geschiedenis. We zijn al lang niet meer het zuivere ras van weleer.
Het verschil in top zijn of gewoon goed, zit daar, in het kopje. Daar loopt het spaak. Niet de tactische veldbezetting, wel de keuze van de spelers. De omgang met hen. De grenzen. De grinta.
Als coach moet je durven transferbedragen af en toe te naast je neer te leggen. Selecteren op basis van persoonlijkheden, intuïtie.
Kleine landen, Ijsland op het EK, zou men daar een voorbeeld aan nemen?
Het blijft me ongemeen boeien.

Ethiek vs mediatraining vs de publieke opinie

Valt het de spelers te verwijten dat sommigen zich bekocht voelen als ze na de besparingen bij de KBVB niet meer de best betaald nationale spelers zijn?
Nooit gedacht dat dergelijke evoluties zouden bepalen dat België,haar Brabançonne en haar ziel zou moeten verkopen aan rode duiveltjes, aartsvijanden van het menselijk geslacht. Kapitalistische voetballertjes in maatpak.
Valt er iets op te zeggen?

Begrijpen jullie dan niet dat deze jongens blootgesteld worden aan andere wetten.

Ze zijn tot slot ook maar slaven, gevangen in het circus dat de voetballerij heet. Onderhevig aan gebruiken en veranderingen inherent aan hun wereldje. Slachtoffers van een systeem dat niet door hen werd bedacht. Bedwelmd door sportwagens en immobiliën en 40000 gierende fans.
Promovendi aan de faculteit van de nietszeggerij, waar, in de volksmond genoemd, rond de pot draaierij belangrijker is geworden dan ethiek.

Mediatraining heet dat in hun vakgebied. Het is niet evident weliswaar, en dat pleit dan weer in hun voordeel, om openlijk een mening te geven, gezien de socio psychologische gevolgen die deze kunnen teweegbrengen bij de publieke opinie.
Dan maar wetenschappelijke prietpraat, die slechts een klein deel van de bevolking, waaronder mezelf irriteert.

Jean Marc Bosman

Kan je hen verwijten dat ze gaarne voor financiële zekerheid gaan en hun rolmodel in die huidige hoedanigheid vertolken. We krijgen wat we verdienen zeker, niet?
We kunnen niet verwachten dat ze allen een rol als Jean Marc Bosman ambiëren. Zou de jonge garde überhaupt weten wie Bosman, als altruïstisch onbaatzuchtig manager, was en wat hij voor hen en het voetbal heeft betekend?
Duizenden voetbaltransfers op zijn conto. Commissies, nada.

Morgen rolt de bal als van ouds en is er ergens voetbal op teevee. Desnoods een herhaling van een match van weleer.
Komt er één of andere duivel vertellen wat wij willen horen. Gaat het circus door, geen haan die ernaar kraait. Het bier vloeit. Iedereen coach.
Hoelang zullen wij deze decadentie voeden? Wanneer wordt de tegenbeweging in gang gezet?
Boegeroep is niet genoeg. Spandoeken evenmin. Bedreigingen ongegeneerd. Thuisblijven. Dat is mijn credo!

Brood en spelen. Het is van alle tijden.